door: Jan-Derk Koudijs, bureau Monumenten en Cultuurhistorie, Gemeente Rotterdam.
Op vrijdag 17 november vond in Theater Rotterdam het jaarlijkse Stadmakerscongres plaats, de Rotterdamse werkplaats van het stadmaken, waar actuele thema’s en opgaven worden gekoppeld aan concrete initiatieven. De Post’65-voorraad, en dan met name de kantoorgebouwen uit de periode 1965-1990, kwam hierbij voor het eerst volwaardig aan bod, zowel in het ochtend- als middagprogramma.
Tijdens de onverwachts zonnige en droge ochtend namen OMI en Stadsontwikkeling Rotterdam een groep van vijftien enthousiaste stadmakers mee tijdens de fietstocht ‘Post’65: Behoud, transformatie of nieuwbouw?’. De route leidde langs een aantal kenmerkende Post’65-gebouwen, in oorspronkelijke staat of getransformeerd qua functie of gevel. Vanaf een van de Lijnbaanflats was goed zicht op de onherkenbaar getransformeerde toren van de AMRO Bank, de onlangs van kleur verschoten gevel van de Rotterdam Building en de auberginekleurige Coolse Poort. Dit kantoor naar ontwerp van de eerder dit jaar overleden architect Rob van Erk is in afwachting van een tweede leven, met een nieuwe gevel. Aan een mockup hoog in de hoek van het gebouw was duidelijk zichtbaar hoe het nieuwe glas zich zal tonen: minder rood en zonder gesloten borstwering.
De route vervolgde naar het Churchillplein, alwaar een toelichting volgde op de complexe opgave van het Maritiem Museum. Architect Joost Brandt van Quist Wintermans deelde zijn dilemma of een grootschalige ingreep gepast is bij een dergelijk zorgvuldig door architect Wim Quist ontworpen gebouw. Wellicht is volledige nieuwbouw dat voldoet aan de wensen en eisen van deze tijd en met meer doorzicht op het achterliggende water meer passend bij deze tijd.
Het kantoorgebouw Groot Willemsplein, het voormalige hoofdkantoor van Smit Internationale, was de volgende stop. Dit relatief onopvallende gebouw van architect Harry Nefkens is aan sloop ontsnapt en uiteindelijk in 2013 door Dam & Partners ingrijpend gewijzigd, waarbij de bovenste verdieping werd vervangen door een nieuwe drielaagse optopping. De natuurstenen gevel bleef echter behouden. Op deze wijze ontstond voor dat moment één van de meest duurzame kantoorgebouwen van Nederland.
De groep fietste verder het Scheepvaartkwartier in, naar de Calandstraat, waar in de jaren 1970 naast elkaar twee markante kantoorpanden verrezen. Het in 1972 gebouwde hoekpand (Calandstraat 25) is in 2013 herbestemd tot elf huurappartementen en hernoemd naar Caland Estate. Hierbij is de bakstenen gevel voorzien van een spierwitte stuclaag, maar de oorspronkelijke structuralistische opzet van de gevel goed herkenbaar gebleven. Architect Henk Hartzema gaf ter plekke een korte toelichting op de gekozen aanpak. Dit deed vervolgens ook architect Taro Yoshikawa van V8 over het nieuwe concept voor het naastgelegen pand aan de Calandstraat 41. De gevel van het toekomstige appartementencomplex The Caland was reeds verwijderd. Uiteindelijk zal een nieuwe facade ontstaan, passend bij het nieuwe gebruik, maar ook hier blijft de oorspronkelijke gevelindeling deels afleesbaar.
Het laatste gebouw van de tour lag in de Van Vollenhovenstraat. Hier is in 2019 door RoosRos Architecten de betonnen kolos van Herman Bakker uit 1970, voormalig hoofdkantoor van aannemer Van der Vorm, onherkenbaar omgebouwd naar een groot appartementencomplex met een klassieke uitstraling: het Van Vollenhovenkwartier. Ondanks dat in het gebouw zelf de betonnen structuur zoveel mogelijk in het zicht zou zijn gelaten, is duidelijk dat aan de buitenzijde de Post’65-karakteristieken destijds nog niet als zodanig werden (h)erkend en gewaardeerd; een groot verschil in vergelijking met de omgang van de eerdergenoemde transformaties.
In het middagprogramma was opnieuw aandacht voor Post’65. En dan met name voor de kansen die de vele in die tijd gebouwde kantoorpanden hebben voor de actuele woonopgave. De nieuwe Rotterdamse Woonvisie was de aanleiding voor het werkatelier ‘Van bouwopgave naar woonopgave’. Een van de twaalf tafels binnen dit atelier was gereserveerd voor transformaties van Post’65-kantoren naar woningen. Onder leiding van Wijnand Galema verkenden een vijftiental ontwikkelaars, architecten, onderzoekers en ambtenaren de potentie die deze gebouwen in zich hebben om woningen toe te voegen aan de stad. Hoe kunnen deze historische lagen in de stad behouden blijven in de wens om de stad verder te verdichten met nieuwe woningen? Als casus werd Weena-Oost besproken. Welke mogelijkheden bieden de kantoorkolossen aldaar, kunnen ook hier woningen worden gevonden?
De eindconclusies van de tafel waren meer dan helder. De Post’65-voorraad biedt een niet te onderschatten kwantitatieve potentie en voldoet voor een groot deel aan de duurzaamheidsgedachte. De snelheid van transformaties ten opzichte van sloop/nieuwbouw kan worden ingezet bij de urgentie van de woonopgave. Als mogelijk beleidsinstrumentarium om de Post’65-voorraad te bevorderen voor het oogsten van nieuwe woningen is geopperd om na te denken over leegstandsbelasting en verwijderingsbijdragen van materialen. Wonen is het nieuwe behouden, dubbele winst!
Tot slot: het Stadmakerscongres is door bureau Monumenten en Cultuurhistorie van de gemeente aangegrepen om de allerlaatste uitgave van de reeks kleine vierkante erfgoedboekjes die zij de afgelopen jaren heeft uitgegeven aan het grote publiek te presenteren. In ‘Post 65 Erfgoed’ staat een aantal karakteristieke voorbeelden uit de periode 1965-1990 in Rotterdam en wordt aandacht gevraagd voor deze jonge bouwwerken in de stad, die zeker nog niet bij iedereen op waardering kunnen rekenen.
De gemeente probeert wil de komende periode extra aandacht te vragen voor Post’65. In de uitgave zijn links opgenomen naar de online inventarisatie Post’65 Rotterdam en naar de tijdlijn Post’65 Rotterdam. Beide zijn interactief van opzet, waaraan iedereen, ook anoniem en zonder in te loggen, zelf een bijdrage kan leveren!
Foto: folder fietsroute en onder post65 boekje gemeente Rotterdam, fietsroute en ronde tafel Stadmakerscongres
online inventarisatie Post’65 Rotterdam
tijdlijn Post’65 Rotterdam