Zoeken
Sluit dit zoekvak.
architectuur & stedenbouw 1965-1990

Natuur-inclusief en participatief ontwerpen werd al in de jaren 1970 bedreven

foto: Peter Wouda

In de post65 periode is enorm veel geëxperimenteerd en een schat aan kennis ontwikkeld over allerlei onderwerpen die vandaag de dag super actueel zijn. Veel van de kennis en ervaringen die destijds zijn opgedaan lijken echter voor een groot deel uit ons collectieve geheugen te zijn gewist. Zo ook het werken en denken van de Friese kunstenaar/tuinman/filosoof Louis Le Roy (1924-2012) die kan worden opgevat als een voorloper van natuur-inclusief en participatief ontwerpen.

Oproep: Vanaf 2019 werken Piet Vollaard en Rob Hendriks aan de productie van een oeuvreboek over de projecten van Le Roy die in de jaren 1970 een van de belangrijkste propagandisten van de zogenaamde ‘wilde tuin’ beweging was. De inventariserende fase is ondertussen afgerond, waarmee een goed beeld is ontstaan van de werken die Le Roy zelf heeft opgestart of waaraan hij heeft bijgedragen. Op weg naar de productie van het boek zouden de schrijvers (rob@daad.nl) graag in contact komen met personen die over specifieke kennis of beeldmateriaal van de projecten beschikken en/of hebben bijgedragen aan de totstandkoming ervan.

Le Roy pleitte onder meer voor een ‘natuurlijke’ groei van de tuin en park, en uiteindelijk van de stad als organisch/ecologisch geheel. Vanaf het begin heeft hij zijn ideeën langs verschillende wegen gepropageerd. Allereerst door zelf projecten te initiëren en uit te voeren, soms zelfstandig (zijn eigen tuin bij woonhuis in Oranjewoud en de Ecokathederaal in Mildam), maar vaker in samenwerking met vrijwilligers en omwonenden (zoals de Middenberm Heerenveen, verschillende ‘puintuinen’ op universiteitsterreinen en het collectieve groengebied Lewenborg in Groningen). Daarnaast publiceerde hij het invloedrijke boek Natuur Uitschakelen – Natuur Inschakelen (1972) en meerdere artikelen en publicaties over het gedachtegoed. Hij maakte foto’s, tekeningen en schilderijen en tenslotte was hij erg actief in het lezingencircuit van internationale universiteiten. Dit alles bij elkaar vorm een samenhangend oeuvre van werken en denken, dat kan worden samengevat onder de noemer ‘Ecokathedrale werken’, een term die Le Roy ook zelf gebruikte en die kan worden gedefinieerd door de regels die hij daarvoor opstelde:

Een ecokathedraal is een plek waar mens, plant en dier eindeloos samenwerken. Het gebied (een openbaar park of particulier terrein) wordt met behulp van vrije energie (dus zonder hulp van machines maar alleen met spierkracht) bewerkt, eventueel met behulp van duurzaam herbruikbaar materiaal. Op dit moment is dit vooral steen, maar gebruik van hout en glas is later ook mogelijk. De stenen worden los gestapeld, en dus niet gemetseld zodat dieren en planten de tussenruimtes kunnen gebruiken om te groeien en nestjes in te maken. Er wordt zonder plan gewerkt, dus geen tekeningen vooraf hoe het gebied zich zal ontwikkelen. [bron: Stichting Tijd]

Hoewel het ‘wilde tuinieren’ in kringen van ecologen en ecologische tuiniers invloedrijk was en veel navolging vond, is dat niet wat het werk van Le Roy primair relevant maakt voor de hedendaagse stadsontwikkeling en stadecologie. Veel interessanter zijn de ideeën en praktijk die hij sinds die tijd ontwikkelde rond tijdgebaseerde ontwikkeling en de fusie van natuur en cultuur. Hij was daarmee een voorloper van wat tegenwoordig natuur-inclusief ontwerpen is gaan heten. Daarnaast was hij in die jaren actief betrokken bij een aantal samenwerkingsprojecten (participatie) met buurtbewoners.

Vrije, spontane en ecologische (landschaps)architectuur en stedenbouw

Een sleutelwerk is de Ecokathedraal in Mildam, een project waaraan hij meer dan dertig jaar werkte. Begonnen eind jaren 1960 als een stuk weiland van ca. 3 hectare in Mildam nabij Heerenveen waar de natuur aanvankelijk zijn gang kon gaan. Vanaf de jaren 1980 liet Le Roy vrachtwagens vol afval stoeptegels en straatstenen van gemeentelijke herbestratingen storten in het inmiddels verwilderde weiland. Met dit materiaal bouwde hij structuren – alleen, met de hand, circulair – tussen de zich ontwikkelende natuur. Dit gebeurde zonder vooropgezet plan, als een vorm van improvisatie. Na zoveel jaar bouwen en groeien heeft zich een fascinerende wilde natuur ontwikkeld afgewisseld met half overgroeide, Maya-achtige bouwsels. Zijn Ecokathedraal, als een in de tijd doorgaand project (en fusie) van natuur en cultuur, kan worden opgevat als een metafoor of model voor de vrije en evolutionaire ontwikkeling van ruimtelijke projecten, de stad als geheel daarbij uitdrukkelijk inbegrepen. Ook zijn er verbanden te leggen met het gedachtegoed van de Situationisten en Constants New Babylon. Hoewel het een ecologisch project is, in de zin dat het betrekking heeft op natuur en natuurontwikkeling, heeft Le Roy het zelf altijd primair als een cultureel project gezien, een project dat het reservoir van ‘vrije creativiteit’ van de mensen openzet en een alternatief voor de gangbare op rationalistische principes gebaseerde stedenbouw van zijn tijd.

Een groene common

Daarnaast is het werk van Le Roy relevant voor de verschillende participatieprojecten en natuurinitiatieven in de stad. Exemplarisch daarvoor is het project in de middenberm van de Kennedylaan in Heerenveen. Begonnen als vraag om een ‘kunstproject’ stelde Le Roy voor om samen met de omwonenden een wilde tuin van een kilometer lang te realiseren, waarbij gebruik zou worden gemaakt van puin van een nabij gesloopte gevangenis. Het project dat begon midden jaren zestig van de vorige eeuw loopt nog steeds (evenals een aantal andere projecten overigens). Veertien jaar geleden sloot Le Roy een overeenkomst met gemeente Heerenveen waarmee gegarandeerd wordt dat het participatie project nog 100 jaar ongestoord kan worden voortgezet. Het is daarmee niet alleen een van de weinige succesvolle participatieprojecten, zeker wat betreft de lange duur van de bewonersbetrokkenheid, het is bovendien een vroeg voorbeeld van een common (een vrije, gedeelde ruimte of meent) in het publieke domein.

Duurzaam in de tijd

Een tweede voorbeeld, en in zekere zin meer ‘participatoir’ is het groengebied in de Groningse wijk Lewenborg. Op initiatief van de toenmalige wethouder werd Le Roy gevraagd om samen met de bewoners het middengebied van een jaren ‘70 woonwijk ‘natuurlijk’ te ontwikkelen. Dat is gebeurd, Le Roy was tien jaar betrokken bij de voortgang. Ook na zijn gedwongen vertrek is het project tot op de dag van vandaag ‘levend’ gebleven en daarmee een van de meest langdurig doorlopende bewonersprojecten van Nederland (zo niet van Europa). Overigens deelt Lewenborg deze eer met een aantal andere Ecokathedrale projecten: het Sjanghaipark in Utrecht en de Wijktuin Ommoord (beiden gestart met inspiratie en/of advies van Le Roy, maar autonomer dan Lewenborg) vieren net als Lewenborg deze jaren hun vijftigjarig bestaan.

Joosje van Geest met dank aan Rob Hendriks en Piet Vollaard die dit item grotendeels schreven

Fotobijschrift: Centraal staat Louis le Roy bij de Le Roytuin in Heerenveen, alles nog eens uitleggend aan de medewerkers ten tijde van de overdracht van de zeggenschap over de tuin van de gemeente naar de Stichting TIJD.

https://www.stichtingtijd.nl/

https://www.nrc.nl/nieuws/2012/07/23/wilde-tuinen-wilde-mensen-1133413-a1221

http://www.addaruimtelijkdenken.nl/

 

fotos: Peter Wouda, aanleg tuin Heerenveen in 1967 en Le Roy in de Ecokathedraal te Mildam